Wat betekend biodiversiteit
Bio" betekent leven en "diversiteit" betekent afwisseling, verschil, verscheidenheid. Biodiversiteit omvat alle soorten die er op aarde zijn, waaronder de mens en alle dier- en plantensoorten en micro organismen.
Biodiversiteit is een begrip voor de graad van verscheidenheid aan levensvormen. De biodiversiteit wordt vaak gebruikt als een indicator voor de gezondheid van een ecosysteem. Biodiversiteit hangt nauw samen met het klimaat. De wereld kan niet zonder biodiversiteit. Soorten en ecosystemen zorgen voor de productie van zuurstof, afbraak van dode dieren en planten, bestuiving van planten, waterzuivering en het beheersen van plagen.
Biodiversiteit wat doet het
Door biodiversiteit hebben we landbouw, schoon water, vruchtbare grond en een stabiel klimaat. Het levert ook voedsel en grondstoffen voor huisvesting, kleding, brandstof en medicijnen. Zo komt meer dan veertig procent van de huidige medicijnen voort uit de natuur. Al deze natuurlijke hulpbronnen zorgen dat we kunnen bestaan.
Hoe groot is de aardse biodiversiteit
Er staan ongeveer 4 miljoen levensvormen beschreven. Maar we hebben nog lang niet alle gebieden op aarde goed bestudeerd. De biodiversiteit staat echter onder druk. Het aantal soorten neemt sterk af. Sinds 1950 zijn er in Nederland 70 soorten uitgestorven en zijn 500 in aantal/oppervlakte ernstig achteruitgegaan. Ook het aantal broedvogelsoorten is ernstig afgenomen.
In Nederland komen ruim 24.000 diersoorten en ruim 10.000 plantensoorten voor, dit is ongeveer 2% van het totale aantal soorten dat op de wereld bekend is. Het aantal soorten is zeer ongelijkmatig over de onderscheiden planten- en diergroepen verdeeld. De grootste groep is die van de insecten. De soortgroepen vogels en zoogdieren bevatten een veel geringer aantal soorten.
Genen
Biodiversiteit betekend ook genetische variatie binnen eenzelfde soort. Deze past zich aan, aan de verandering van omstandigheden en leefomgeving. Zo kunnen er verschillen ontstaan tussen verschijningsvormen van één soort.
Soort
Twee soorten schimmels kunnen genetisch enorm van elkaar verschillen. Maar ook binnen een soort is veel variatie mogelijk.
De mens
Ook bij ons mensen bestaat ook een grote diversiteit. De ene mens heeft een donkere huid, zwart haar en bruine ogen, Maar er zijn ook mensen met een lichte huid, blond haar en blauwe ogen. Door het verschil in genen, kan men ook een lichte huid hebben en zwart haar en bruine ogen. Deze genetische variatie is erg belangrijk voor het voortbestaan van een soort.
Genetische variatie maakt het namelijk mogelijk dat mens, dier, planten en micro organismen kunnen evolueren. Wanneer de mens, dier, plant of micro organismen zich voortplant, geeft het een deel van zijn of haar genen door aan de volgende generatie. Veranderingen in genen kunnen leiden tot nieuwe eigenschappen. Deze veranderingen kunnen voordeel opleveren en vergroot de kans op overleving en voortplanting voor dit organisme. Andere organismen die deze eigenschap niet hebben, krijgen minder nakomelingen of leven minder lang. Na een aantal generaties blijven de organismen met de meest voordelige erfelijke eigenschappen over. Zo kan een soort geleidelijk veranderen (evolueren) of kan er zelfs een heel nieuwe soort ontstaan.
Het jaar 2010 werd door de Verenigde Naties uitgeroepen tot het internationaal jaar van de Biodiversiteit
Bodemdiversiteit is een van de drie sleutelfactoren voor bodemvruchtbaarheid, naast voedingsstoffen en organische stof. Hoe rijker de bodembiodiversiteit, hoe beter ze zorgt voor het vrijkomen van voedingstoffen, en opbouw van bodemstructuur en humusgehalte voor voldoende bodemvocht. Hiermee levert bodembiodiversiteit een essentiële ecosysteem. Een goede bodemvruchtbaarheid is onmisbaar voor het op peil houden van uw opbrengst uit de moestuin.
De diversiteit aan levensvormen in je tuin is groot. Zo leven er in de grond, regenwormen en tal van insecten. Er zijn ook organismen aanwezig zoals schimmels en bacteriën. Zij zorgen ervoor dat dood materiaal zoals bladeren, mest en planten worden afgebroken en tot humus worden verwerkt.
Ook biodiversiteit boven de grond is belangrijk voor je moestuin, kweek daarom het liefst zoveel mogelijk soorten. Hoe meer verschillende soorten planten en dieren er in je tuin zijn, hoe groter en stabieler het evenwicht van je tuin is. Kweek ook plantensoorten die natuurlijke vijanden aantrekken zoals roofinsecten, insectenetende vogels. Of maak een ideale leefomgeving voor padden en egels. Elke plaag trekt vanzelf zijn eigen natuurlijke vijand aan.
Leefomgeving creëren
Een echte aanrader is om een rommel hoekje te creëren waar je dood snoeiafval met daar tussen wat struiken te plaatsen zoals meidoorn, sleedoorn, wilde roos. Wanneer je er wat gras laat groeien kun je er ook bloemen laten groeien die insecten aantrekken. Onderin kunnen spitsmuizen, egels en torren leven. Ook vogels kunnen zich daar schuil houden.
Water
Wat dacht je ervan om een paddenpoel aan te leggen. Veel insecten leven of vermeerderen zich in de poel zoals libellen. En padden die op hun beurt weer insecten eten. Of misschien behoord een kleien vijver tot de mogelijkheden voor in uw tuin. Anders volstaat een schaal met water ook al.