Scheuren of delen
Het scheuren wordt ook wel delen genoemd en is één van de vegetatieve vermeerderingswijze van planten.
Waarom scheuren
- Met scheuren verjong je de plant.
- Je maakt heel snel nieuwe planten.
- Je kunt de grond waar de moederplant stond onkruid vrij en los maken. En van nieuwe voedingsstoffen voorzien.
Wanneer scheuren
Jonge planten zijn nog niet geschikt om te scheuren, deze zullen al snel doodgaan. Wacht dus tot de plant 4 - 6 jaar oud is, dan zal het hart van de plant minder groeikrachtig worden en de binnenste stengels van de plant worden dan ook een stuk lager dan de buitenste stengels, dan wordt het tijd om de plant te verjongen. Dit doe je dan doormiddel van scheuren of delen.
Scheurperiode
HERFST: september - oktober - november (Deze planten dient men vorstvrij te laten overwinteren).
LENTE: maart - april - mei. (Deze planten kan men direct uitplanten in de volle grond of oppotten).
Methode
- De moederplant wordt in twee of meer delen verdeeld, waarbij zowel de ondergrondse wortels als de bovengrondse delen zoveel mogelijk intact blijven.
- Het scheuren kan met de hand gebeuren, maar ook met gebruik van een scherpe spade of een mes.
- Het is zaak de wortels zo min mogelijk te beschadigen, en de delen voorzichtig uit elkaar te trekken. Meestal behoren deze planten tot de vaste planten of struiken. Vaste planten groeien vanuit het midden van de plantenpol cirkelvormig naar buiten toe.
- De jongste en groeikrachtigste plantjes zitten dus altijd aan de buitenkant van de pol.
Moederplant
- De moederplant moet in rust zijn of begint uit te lopen.
- Bij bijna bloeiende planten verwijdert u alle bloemknoppen, bloemen, zaden en vruchten. Ook bloemknoppen die binnen een maand na het scheuren worden gevormd worden verwijderd, zodat het jonge plantje wortels en blad kan aanmaken.
- Scheuren kan met de hand, een mes, snoeischaar of een spade.
- Zorg ervoor dat de plantjes één of meerdere groeipunten hebben en een goed wortelgestel.
- Probeer het aantal scheurwonden te beperken en zorg ervoor dat ze zo gaaf mogelijk zijn.
- De nieuwe plantjes oppotten of uitplanten in de tuin op een voedzame en goed losgemaakte gedraineerde bodem. En geef de plantjes daarna water.
- De planten afharden en zorg dat deze niet meteen in de volle zon staan.