Aardbeien

Zoete sappige aardbeien, Heerlijk om uit de hand te eten, jam van te maken, of maak er een heerlijk toetje mee. Invriezen behoord ook tot de mogelijkheden. Aardbeien zijn een aanwinst voor elke moestuin.

Aardbeienplanten zijn vaste planten en deze kunnen 2 jaar op dezelfde plek blijven staan. De planten zijn winterhard. In het voorjaar groeit de plant geleidelijk uit, Eerst komen de blaadjes en vervolgens komen mooie witte bloemetjes die uitgroeien tot aardbeien, mits deze bestoven zijn door bijen en hommels en dat de bloemen niet zijn afgevroren. Aardbeien kleuren eerst lichtgroen van kleur en kleuren geleidelijk aan rood.

Plant

Hoofdstengels - Bladkroon

Wortels            - Wortelkroon

Zij scheut         - Zijkroon

Uitloper           - Stoloon

Advies: aantal planten per 10 m2

Eenmaal dragende planten  - 60 planten -10 tot 20 kg aardbeien.

Doordragende planten         - 45 planten - 20 tot 30 kg aardbeien.

Soorten

Het belangrijkste onderscheid tussen de soorten zijn: eenmaal dragende planten en doordragende planten.

• Eenmaal dragende rassen: De eenmaal dragende rassen geven in juni of juli in korte tijd een hele grote oogst aardbeien. En niet alleen om lekker zo op te snoepen maar meer dan genoeg om jam mee te maken of in te vriezen. De rest van het jaar geven deze planten geen aardbeien meer.
• Doordragende rassen: De zogenaamde doordragers blijven langere tijd bloeien en geven gedurende een langere periode aardbeien. De oogst is verspreid over meerdere maanden.

Frigo planten

Een frigo aardbeiplant is hetzelfde als een gekoelde aardbeiplant. De planten zijn niets meer of minder dan een kop van de plant (rhizoom) met lange wortels. Het blad is bijna allemaal afgesneden, op deze manier kan alle energie naar het aanmaken van nieuwe bladeren gaan. 
 

De aardbeiplanten worden rond november - december gerooid. Door de lagere temperatuur en de korte dagen is een plant dan helemaal in rust. Daardoor kan hij ingevroren worden bij -1,5 graden C. Zodra de planten uit de koeling komen gaan deze groeien, het rustproces is dan achter de rug. 
 

Plantperiode Frigo planten

• Korona Frigo planten kunnen zowel in het voorjaar als rond half juli geplant worden.
• Voorjaar: Nadeel om in het voorjaar aan te planten is vaak ruimte gebrek. Voordeel is dat je na 6 weken al aardbeien kunt plukken al zal de oogst kleiner zijn. 
• Half juli: Voordeel van aanplanten in half juli is dat er meestal al een bed vrij is en de planten goed kunnen aanslaan en de opbrengst in het seizoen daarna, in eerste week van juni heel groot zal zijn. Nadeel is dat je niet meteen kunt oogsten. 
• Aardbeienplanten dient u op te nemen in het teeltplan zodat deze mee roteren in de wisselteelt. Aardbeien kunt u maximaal 2 jaar op dezelfde plaats laten staan. 

Wanneer de Korona aardbeiplanten direct na aankoop worden geplant, dan kunt u in het volgend seizoen in de eerste week van juni aardbeien plukken. 
Van de doordragende aardbeiplant Flamenco kunt u dan in het volgend seizoen van half juli tot eind oktober aardbeien plukken.

Wanneer u de plantjes na aankoop niet direct kunt uitplanten, dan kunt u de planten een paar dagen in een plastic zakje, onder in de groentela van uw koelkast bewaren, maar bewaar de plantjes beslist niet in de diepvries!

De planten die wij aanbieden zijn afkomstig van een officiële aardbeienkwekerij en zijn met respect voor de natuur gekweekt, maar zijn niet biologisch gecertificeerd.

Bemestingsplan zandgrond

Wij gaan er van uit dat er tussen november en maart een basisbemesting heeft plaatsgevonden. (Zie voor uitleg in de paarse balk bij item ecologisch tuinieren-bodem-bemestingsplan)

• Maak 2 weken voor het planten het aankomende aardbeienbed zorgvuldig vrij van onkruid en maak de grond goed los. 
• Bij aanplant per bed van 5m2: gebruik je een ½ kruiwagen (35l) groen compost of compost uit eigen bak een mengsel hiervan kan ook, verdeel deze rond de planten niet onderwerken.
• Voedingskorrel in twee giften: 4 weken na aanplant strooit u 125 gram Innogreen Eco Groei 8-3-8-2MgO of Monterra malt 4,5-2,5-8. Niet onderwerken geef wel water. 
•  In maart strooit u nogmaals 125 gram van een van de bovengenoemde voedingskorrel.
• Kaliumgift voor stevige vruchten:je kiest of voor vinassekali of voor patentkali. Let wel op dat je deze in een verschillende periode geeft en in een andere hoeveelheid omdat vinasse een langzaamwerkend middel is en patentkali snelwerkend is en daarnaast het kalium gehalte anders is. 
   In maart geeft u 225 gram Vinassekali. Of wanneer u liever patentkali gebruikt dan geef je 150 gram patentkali half mei. 

Aanplanten

• Plant de aardbeien het liefst s,avonds, wanneer het niet meer zo warm is.
• Maak na aankoop het bosje voorzichtig los, en haal de plantjes voorzichtig uit elkaar. 
• Maak het plantgat niet te ondiep. Het is belangrijk dat het Rhizoom (het dikke stuk waar de aardbeienplant begint) net boven grond zit en de wortels gestrekt in het plantgat passen. Dus niet in een rondje liggen. 
• Het rechte steeltje waarmee hij vast heeft gezeten aan de moederplant moet boven de grond uitsteken. 
• Geef na het planten voldoende water. En herhaal dit eenmaal per dag.
• Mocht er al een bloemstengel aan komen, dan dient u deze te verwijderen. Dit gaat ten koste van de ontwikkeling van de plant.
• Eind april begint dan de daadwerkelijke bloeiperiode en wanneer de bloemen door bijen en hommels worden bestoven zullen de bloembodems uitgroeien tot heerlijke aardbeien.

Het is raadzaam om ieder jaar of na twee jaar nieuwe planten te zetten.

• Wilt u de planten voor een tweede jaar laten staan, dan kunt u na de oogst de uitlopers verwijderen en het bed onkruid vrij maken. De vruchten zullen in het tweede jaar wel kleiner zijn.
• Tussen november en maart geeft u opnieuw een basisbemesting met compost en  lavameel deze hoeft u niet onder te werken en volgt u de bovengenoemde  instructie weer opnieuw op. 
• U kunt er ook voor kiezen om de uitlopers uit te planten op een nieuw bed dit moet uiterlijk eind augustus gedaan zijn. Lees hiervoor bij vermeerderen.

Doordragende /Doorbloeiers aardbeienplantjes

De enkeldragende rassen hebben in West Europa een korte dag nodig om bloemen aan te leggen, bij een doordrager is de daglengte neutraal en zal zolang de temperatuur dit toelaat bloemen aanleggen. En over een langere periode aardbeien produceren, weliswaar in kleinere hoeveelheden dit in vergelijking met de enkeldragende aardbeienrassen. Doordragende rassen worden in april geplant om in hetzelfde jaar nog te kunnen oogsten. De eerste bloemtrossen dienen te worden verwijderd, zo kunnen de planten eerst voldoende blad aanmaken. Vanaf eind mei kun je de bloemen laten staan en in juli kan men dan beginnen met oogsten. 

Ook kunt u aardbeien vanaf half juli tot half augustus.aanplanten. Zowel bij de enkeldragende als bij de doordragende rassen, verwijder je alle bloemen en dit herhaal je net zolang tot aan de winter. Dit stimuleert de plant om te groeien en sterker te worden, voor de aanmaak van nieuw blad voor het volgende seizoen. 

Bodem

Aardbei- planten vragen om een losse grond waar de wortels ongehinderd kunnen groeien, en er geen water op blijft staan. Zandgrond geniet daarom de voorkeur. Zorg voor een goede drainage. Humusrijke grond is nodig omdat de plant veel voedsel nodig heeft. Een licht zure grond met een PH van 5.4 tot 5.5 voor zandgrond en een PH van 6.4 voor kleigrond geniet de voorkeur.

Omdat na het aanplanten de bodem niet meer bewerkt mag worden, kun je het beste een bodembedekker aanbrengen. Niet alleen vanwege het onkruid, maar ook om het opspattend zand tegen te gaan. Ook liggen de vruchten droger zodat de vruchten minder snel rotten.

Stro of hennep aanbrengen

Je hebt dan ongeveer 6 kg. stro nodig per 10 m2 aardbeienbed.

Planten die ook voor het tweede jaar blijven staan, dien je na de oogst van het eerste jaar de bodembedekker (stro) weg te halen, deze kun je dan bij de pompoenen hergebruiken of in de compostbak verwerken.

Vlak voor de bloei in het tweede jaar breng je dan weer opnieuw een schone bodembedekker aan. 
Helaas is het voor de hobbytuinder lastig om aan biologisch stro te komen. 
 

Hennep Aubyose is de meest zuivere vorm van hennep. Deze wordt zonder gebruik van bestrijdingsmiddelen verbouwd in de Franse Champagnestreek. Het gunstige klimaat van deze streek staat garant voor hennepplanten van uitstekende kwaliteit. Hennep is een eenjarige plant welke erg snel groeit en hierdoor veelvuldig gebruikt wordt in de papier- en textielindustrie. Hennep Aubyose stro is een vezel welke afkomstig is van de binnenzijde van een hennepstengel en bevat geen zaad. Het heeft een constante kwaliteit en is bovendien het hele jaar door bij diverse leveranciers verkrijgbaar in een verpakte baal van 20 kg. Hennep Aubyose is een zeer goed alternatief voor stro.

Vruchtbescherming

 De aardbeien zijn ook erg aantrekkelijk voor vogels, bescherm je aardbeien daarom met wat netten, je kunt deze los over het aardbeienbed leggen, of buig een paar buizen tot hoepels en span hier de neten overheen.

Teeltplan

Teel niet jaren achtereen aardbeien op hetzelfde stuk grond. De kans op stengel basis rot en roodwortel rot neemt dan toe. Aardbeien passen  prima in een vruchtwisseling met blad- gewassen, prei en bleek- selderij of knolvenkel. Vanwege de hoge gevoeligheid van verwelkingsziekte (Verticillium) kun je de aardbeienplanten liever niet op bed zetten waar voorheen aardappels, pastinaak en rammenas hebben gestaan. Wanneer je het aardbeienbed in de zomer opruimt, dan kun je op dit vrijgekomen bed nog een nateelt zetten zoals: selderij, prei, late koolsoorten of lage prinsessenboontjes. 

Groenbemesting 

Groenbemesters brengen organische stof in de bodem, verhoogt de kans op een goede doorworteling en verbetert het waterbergend vermogen. Groenbemesters voor aardbeien kunt u opnemen in het teeltplan. Als groenbemester is Tagetes geschikt omdat deze bijdraagt aan de opbouw van organische stof en het wortelaaltje onderdrukt. Zet de plantjes half mei op het toekomstige aardbeienbed. De wortels van de afrikaantjes scheiden een sap af die giftig is voor de wortelaaltjes. Voordat je de aardbeiplantjes gaat planten trek je de afrikaantjes eruit en deze kunnen dan op de compostbak. Spit deze niet onder want dan wordt er door vertering van deze planten stikstof verbruikt. Of wanneer je de plantjes wilt laten staan zet de Tagetes op rijen met genoeg ruimte er tussen om de aardbeienplantjes er tussen te zetten.

Oogsten

Aardbeien oogst je in juni, laat ze volledig rood worden aan de plant en er zal je een heerlijke zoete geur tegemoet komen. Pluk ze regelmatig om rotten te voorkomen.

Mineralen 

Magnesium 

Vaak zien we bij aardbeien een tekort aan magnesium. Magnesium is nodig voor de opbouw van bladgroen. De opname is sterk afhankelijk van de pH in de grond. Magnesiumgebrek is te zien aan de oude bladeren die geel verkleuren en waarbij de nerven groen blijven. Een aanvulling van kieseriet is dan noodzakelijk.

Borium en Mangaan

Ook borium en mangaangebrek kunnen optreden, vooral op de lichte gronden. Een te hoge gift aan organische mest of mestkorrels kan verbranding veroorzaken. In eerste instantie ‘staat de plant zwart’ en heeft dus een erg donkere bladkleur, gevolgd door bladrandverkleuring en verdroging van de kroontjes op de aardbeivruchten.

Bij een tekort aan deze mineralen is aan te bevelen om lavameel te verstuiven over de planten voor deze vrucht gaat dragen. Hiermee worden de bladeren minder gevoelig voor schimmelziektes als meeldauw en zijn eventuele tekorten aan voedingselementen te compenseren.

Fosfaat

Door organische bemesting komt er meer dan voldoende fosfaat in de bodem voor aardbeien.

Kalium en Calcium

Deze elementen zorgen voor de kwaliteit van de vruchten. Calcium regelt het watertransport in de plant en zorgt voor een stevige celwanden, kalium zorgt voor een voldoende celspanning. Wel hebben deze twee elementen invloed op elkaar, een hoog kalium gehalte werkt de opname van calcium tegen en ook omgekeerd is dit het geval. Wanneer men teveel organische mest gebruikt wordt het kaliumgehalte  van de grond hoger en neemt de plant minder calcium op, hierdoor ontstaan zachte vruchten. 

Lavameel

Lavameel is een uitstekend product om uw bodem te verrijken met mineralen. Lavameel komt de kwaliteit van de vruchten, stevigheid en houdbaarheid ten goede. Mocht u in het voorjaar al compost en lavameel door de bodem hebben verwerkt dan hoeft u verder niets te doen.

• Mocht dit niet het geval zijn strooi dan 2 kg Lavameel per 10 m2 op een vochtig aardbeienbed of verdeel de 2 kg Lavameel over 4 gieters water en roer goed door alvorens uit te gieten over het aardbeienbed. Vervolgens brengt u 4 weken na aanplant een organische meststof aan, zoals Bio Inogreen Groei (8-3-8). Gebruik hiervan 1 kg Bio Inogreen Groei per 10 m2 aardbeienbed.

.

Uitlopers

De plant vermenigvuldigt zich door middel van uitlopers waaraan dochterplanten ontwikkelen. Deze worden tijdens de bloeiperiode aangemaakt. De dunne plantenstengels bevatten veel knopen, deze  zullen rondom de plant in de grond terechtkomen en worteltjes gaan vormen. Deze worteltjes hechten zich aan de grond en zo ontstaan er nieuw aardbeienplantjes. De meeste uitlopers ontstaan in mei - juni. Deze kunnen na het oogstseizoen van de moederplant los geknipt worden. Vanaf augustus - september worden er geen nieuwe uitlopers meer aangemaakt.

Uitlopers verwijderen

Wanneer je je aardbeien niet wilt vermeerderen, is het beter de uitlopers regelmatig te verwijderen. Knip de uitlopers af op circa 1 à 2 cm vanaf de plant. De uitlopers verbruiken anders onnodig veel energie, waardoor de moederplant zwakker wordt wat ten koste gaat van de vruchtafzetting. Je krijgt alleen mooie aardbeien wanneer de plant daar ook voldoende energie voor heeft. Wanneer je toch wilt vermeerderen laat dan enkele uitlopers zitten. 

Uitlopers laten schieten in de volle grond hoe doe je dat

1. Maak de grond los rond de plant waarvan je dochterplanten wil nemen
2. Leg de uitlopers uit elkaar met her en daar wat aarde erop
3. Geef regelmatig water
4. Wanneer de uitlopers voldoende wortels hebben, kun je deze los snijden van de moederplant
5. Plant deze nu op ee ander aardbeienbed of in een ruime pot met potgrond

Uitlopers laten schieten in potten hoe doe je dat

1. Neem uitlopers waar voldoende wortels aanzitten op van de grond
2. Zet er kleine potjes gevuld met potgrond onder, en zet de uitlopers vast met een planten steker
3. Geef ze vooral in het begin voldoende water, mest hebben ze nog niet nodig
4. Als de stek is geworteld knip je hem aan beide kanten los van de moederplant
5. Plant de nieuwe planten tijdens de herfst of laat ze overwinteren onder glas
6. Haal nieuwe uitlopers bij de pas geplante planten weg

Wanneer is de beste periode

De uitlopers worden in Juli - Augustus van de moederplant losgesneden. Maar wanneer u de uitlopers aan de plant laat zitten is het ook mogelijk om deze in Maart van het volgende jaar los te snijden en uit te planten.

Aardbeien zaden zaaien

Het nadeel van zaaien is dat het zeer tijdrovend is. Aardbeienzaad was lange tijd moeilijk verkrijgbaar omdat de zaden niet soortecht zijn. Inmiddels zijn er ook zaden voorhanden die redelijk soortecht zijn. Let dus goed op wat u koopt.

Het zaaien

Zaaien doe je vanaf februari tot maart. Gebruik een goede zaai - stek grond, en maak de grond vochtig. Dek de zaden niet af met aarde. Span na het zaaien, een stukje huishoudfolie over het bakje en prik er voorzichtig wat gaatjes in. De Zaden hebben een temperatuur van 22°C nodig. En na 4 tot 6 weken zullen de zaden gaan kiemen.  Wanneer de aardbeiplantjes groot genoeg zijn, kun je deze gaan verspenen. Ga voorzichtig te werk want de  worteltjes zijn zeer teer. Laat de plantjes nog enige tijd binnen staan zodat deze goed kunnen aanslaan. Daarna kun je beginnen met het afharden van de plantjes. Het is beter om de plantjes langzaam aan de koudere buitenlucht te laten wennen. Eind mei kunnen de planten  in de volle grond uitgeplant worden.

Botrytis - Grauwe schimmel

Botrytis is een wondparasiet. Kenmerkend is het wit-grijze schimmelpluis op de rottende vruchten aan de plant. . Lees meer

Paarse vlekkenziekte

Deze schimmelziekte is te herkennen aan de paarse vlekken die op de bladeren van aangetaste planten verschijnen. Deze ronde vlekken van 2 tot 5 mm groot hebben in het midden een rode of bruine stip. Op de stengel van een blad- of bloemtros is één vlek voldoende om die te laten sterven.. Lees meer

Roodwortelrot

Rood wortelrot PHYTOPHTHORA FRAGARIA Komt wat minder voor maar een aantasting is wel funest voor het gewas. De planten verminderen in groei en worden dof blauw-groen. De centrale cilinder van de wortel kleurt rood en de wateropname stagneert en de haarwortels zijn afwezig. Een aangetaste plant vormt geen of weinig bloemen. De vruchtjes drogen uit. In het voorjaar kunnen de planten zich enigszi. Lees meer

Stengelbasisrot

Stengelbasisrot De schimmel dringt de plant binnen via een wond op het rhizoom. De wortelhals van de aangetaste planten vertoont een roodbruine verkleuring. Het ziekteproces kan snel verlopen, het transport van water wordt bemoeilijkt de planten verwelken en sterven af. De wortels zijn vrijwel in zijn geheel gezond. De schimmel kan wel 5 jaar in de bodem actief blijven. Om de schimmel geen . Lees meer

Verwelkingsziekte

Verwelkingsziekte VERTICILLIUM ALBO-ATRUM De schimmels van deze vaatziekte dringen de plant binnen via de wortels of via de stolonen. Aangetaste planten blijven achter in de groei. In het rhizoom is een verkleuring in de vaatbundels zichtbaar. De aangetaste planten gaan slap hangen. In een later stadium kruipt de plant als het ware in de grond en de vruchten die er nog aan komen zijn klein en . Lees meer

Aardbeibloesemkever

De aardbeibloesemkever is een klein dof-zwart kevertje van 3-4 mm groot.. Lees meer

Aardbeiloopkever

De aardbeiloopkever is een zwarte kever van 10 tot 17 mm groot en is te herkennen aan zijn geel-rode poten.. Lees meer

Aardrups

Wanneer de rupsen nog klein zijn dan leven ze bovengronds van jong bladgroen. Daarna vreten ze aan alle ondergrondse jonge plantendelen en 'snachts vreten ze aan de bovengrondse plantendelen.. Lees meer

Bladluizen

De bladluis is een plantenetende insect. Hij voedt zich met de cellen van een plant en is meestal groen van kleur, maar er zijn ook witte, zwarte, gele, rode en paarse soorten. . Lees meer

Emelten

Emelten. Lees meer

Ritnaalden

Ritnaalden zijn de larven van kniptorren. Lees meer

Slakken

Slakken vormen een grote overlast, ze vreten aan bladeren en zachte delen van vele soorten planten. Vooral voor jonge kiemplanten hebben zij een voorkeur. Maar ook de uitgegroeide gewassen worden niet ontzien.. Lees meer

Spint

Spint leeft aan de onderkant van vooral oudere bladeren. . Lees meer

Tripsen

Tripsen worden ook wel franjevleugeligen of donderbeestjes genoemd. De naam verwijst naar de vier van franje voorziene vleugels en de andere naam op hun vliegactiviteit bij warm broeierig weer. Ze zijn maximaal enkele mm groot. . Lees meer

Vogels

Op zich zijn vogels belangrijk in je tuin omdat deze larven, rupsen, slakken en insecten eten. Maar vogels kunnen ook grote schade aan de gewassen aanbrengen. . Lees meer

Wortelaaltjes

Wortelaaltjes hebben een uitgebreide waardplantenreeks. . Lees meer

Wortelknobbelaaltjes

Wortelknobbelaaltjes zorgen voor verdikkingen op de wortels.. Lees meer

Wortellesieaaltjes

Wortellesieaaltjes kunnen op een groot aantal planten leven. Voor aardbeien is het de gevaarlijkste aaltjessoort. . Lees meer

Gezondheid

100 Gram aardbeien bevatten de ADH vitamine C. Daarnaast zit er ook vitamine B5, B6, B11(foliumzuur) Aardbeien bevatten de volgende mineralen: Mangaan, Kalium, Magnesium en Jodium.
 

Medicinale werking van de aardbei

De aardbei is goed voor de instandhouding van botweefsel. Het hoge vitamine C gehalte bestrijd de vrije radicalen en houd het immuunsysteem In goede conditie.  

Jam Bosvruchten

Bosvruchtenjam. Het recept kan ook voor alle andere soorten fruit gebruikt worden.. Lees meer